Welkom in onze klas!

Vandaag verwelkomden we June in onze klas. 

Van harte welkom June!

Onze oudste kleuters kregen vandaag de opdracht om het spelletje, dat we in het begin van de week samen hebben gespeeld, eens met z'n twee te spelen, zonder hulp van de juf. 

Wat een knap teamwork!

Eindelijk konden we ook nog eens genieten van ons tuintje. 

Hopelijk is het morgen ook mooi weer! Want dan gaan we naar het bos. 

Vandaag was het aan onze kleuters, zij speelden het sprookje van Roodkapje na. 

Hier onze personages: 

Roodkapje (gespeeld door Josefien)

De mama van Roodkapje (gespeeld door Emma)

De jager (Seppe G)

Oma (gespeeld door Laura)

De wolf (gespeeld door Mia) 

De verteller (Juf Ilse) 

Er was eens een meisje dat Roodkapje heette, omdat ze altijd een mooi rood mutsje op haar hoofd droeg. Op een dag riep haar moeder Roodkapje bij zich. Ze gaf haar een mandje met fruit en koekjes.

"Grootmoeder is een beetje ziek", zei ze. "Wil jij dit mandje naar haar toebrengen?" Natuurlijk wilde roodkapje dat doen. "Maar wel op het pad blijven hoor!". "Ja mama, dat beloof ik." En daar ging Roodkapje, op weg naar haar grootmoeder. 

Onderweg kwam Roodkapje een wolf tegen. "Dag meisje", zei de wolf. "Dag wolf", zei Roodkapje. "Waar ga je naartoe?", vroeg de wolf. "Ik ben op weg naar grootmoeder met een mandje vol lekkers." "Wat lief ", zei de wolf. "Zie je die bloemen daar? Daar zal grootmoeder vast ook heel blij mee zijn." "Dat is te ver, ik moet op het pad blijven", zei Roodkapje. "Ach," glimlachte ze. "Er kan toch niets gebeuren!"

En Roodkapje verliet het pad en plukte de bloemen. 

De wolf zag zijn kans en rende naar het huisje van Grootmoeder.
"Grootmoeder?", zei hij met een hele hoge stem. "Ik ben Roodkapje!"
"Trek maar aan het touwtje, kind, dan gaat de deur vanzelf open!", riep grootmoeder.
De wolf trad binnen en vrat grootmoeder in één hap op.
Toen trok hij een jurk van grootmoeder aan, deed haar slaapmuts op en ging in het bed liggen. 

Intussen had Roodkapje een grote bos bloemen geplukt. OEI! Het was al laat. 

Ze rende naar het huisje. Snel liep ze naar binnen. "Grootmoeder?" "Roodkapje!" riep de wolf met verdraaide stem. Wat zag grootmoeder er vreemd uit! "Grootmoeder?", vroeg Roodkapje aarzelend. "Wat heeft u een rare stem!" "Ughu, ughu, ik ben een beetje verkouden, mijn kind!" "Enne... wat heeft u grote oren!" "Daar kan ik je beter mee horen!" "En van die grote ogen!" "Maar liefje, daar kan ik je beter mee zien!" "En grootmoeder? Die grote tanden?" "Daar kan ik je beter mee opeten!"

En de wolf sprong uit bed en vrat Roodkapje in één hap op.

Tevreden over zijn volle maag klom hij in het bed van grootmoeder. Al snel snurkte hij zó hard, dat de koffiekopjes in de kast ervan rammelden. 

Er liep een jager langs het huisje van grootmoeder. Hij bleef even staan en luisterde. 

 "Wat snurkt die oude dame! Eens even kijken!"
Hij stapte het huisje binnen, en zag de wolf in het bed liggen.
"Wie hebben we daar!", sprak hij. "Als dat de Grote Boze Wolf niet is. Zou hij soms grootmoeder opgegeten hebben?" De jager knipte de buik van de wolf met zijn schaar voorzichtig open. 

Hé! Daar bewoog iets. Iets roods... "Roodkapje!", riep de jager.  "Kijk, en daar is Grootmoeder." "Was me dat schrikken", zei grootmoeder terwijl ze uit de wolf stapte. 

"Heeft iemand zin in een kopje thee met pannenkoeken?" vroeg oma.
"Ik zal eerst die buik van de wolf vullen met stenen", zei de jager. "Dat zal hij niet leuk vinden"

Dat vond de wolf inderdaad niet leuk. Toen hij wakker werd, had de wolf zo enorm veel dorst. 

Hij ging naar de rivier en dronk er water uit, maar door het zware gewicht van de stenen viel hij  PLONS in het water. 

Even later zaten grootmoeder, roodkapje en de jager gezellig te smullen van de thee en de pannenkoeken. 

Plots zei roodkapje met volle mond: "Dat is nog goed afgelopen! Een ding is zeker: ik ga nooit meer van het pad af!"

En ze leefden nog lang en gelukkig!